Aantal waterrecreanten Wad neemt af, verblijfsduur neemt toe

http://waddengebied-vaarbewegingen
10 januari 2019  Laatste update: 15 maart 2023

De hoeveelheid waterrecreanten in het waddengebied neemt af, maar ze verblijven wel langer op het wad. Dit blijkt uit het jaarlijkse integrale onderzoek naar vaarrecreatie en natuurwaarden in de Waddenzee. Het onderzoek gaat over het vaarseizoen 2017.

Vaarbewegingen op het wad

Sinds 1982 tellen de zes grote sluizen aan de Waddenzee de in- en uitgaande recreatievaart. Het totaal van de sluispassages in 2017 was met 83.801 zo’n 7% minder dan in 2016. Dit wordt vooral verklaard door een daling van de chartervaart.

Toch betekent dit volgens de onderzoekers niet dat het automatisch rustiger wordt in het Waddengebied. In de afgelopen 34 jaar is het aantal ligplaatsen in de jachthavens flink gegroeid en de passanten blijven veel langer liggen. Voor de grote jachthavens is het aantal van 27.000 gestegen naar 90.000 overnachtingen. Het leeuwendeel verblijft op Texel, Terschelling en Vlieland. De vaarbewegingen naar deze drie jachthavens verlopen vrijwel allemaal via de brede betonde vaargeulen.

Metingen via radar en AIS

De metingen zijn verricht met behulp van radar en AIS-gegevens. AIS is verplicht voor passagiersvaart en boten die groter zijn dan 20 meter. De schatting is dat een derde van de kleinere boten ook AIS heeft. De dataset kent wel een tekortkoming: echt kleine vaartuigen, zoals RIB’s en kano’s vallen buiten het bereik van het onderzoek.

Door een analyse van de vele miljoenen AIS-data is wel een goed ruimtelijk beeld van de vaarbewegingen op het Wad gekregen. Het meeste scheepvaartverkeer bevindt zich binnen de vaargeulen. Gemiddeld bedraagt dit zo’n 72% van het totaal. Ook het snelvaren lijkt relatief gezien binnen de perken te blijven. Minder dan 1% van de AIS-gebruikers vaart te hard, waar dat niet mag.

Confrontatie Natuur en waterrecreatie

Via Oog voor het Wad geven beheerders, onderzoekers en Wadwachters aan waar verstoringen plaatsvinden op bepaalde momenten. Een duidelijke verbetering is er waargenomen bij de Blauwe Balg (tussen Ameland en Terschelling). Doordat de betonde geul 300 meter is verplaatst, is hier nu minder verstoring waargenomen van zeehonden en vogels. In zijn algemeenheid geldt dat waar mensen lopen, daar vliegen de vogels weg of gaan de zeehonden te water.

In totaal zijn er bij Oog voor het Wad 53 interacties waargenomen tussen mens en natuur. Deze applicatie wordt ingevuld door de Waddenunit, de Wadwachters en de onderzoekers. Bij ruim 20% van de waarnemingen is een effect op de natuur gezien, zoals opvliegen van vogels en het te water gaan van zeehonden. Het is op dit moment nog onduidelijk in hoeverre dit beeld representatief is en in welke mate het gedrag van dieren hierdoor beïnvloed wordt. De komende jaren is het dan ook van belang dat deze dataset verder groeit.

Opdrachtgever en uitvoering

Het onderzoek is in opdracht van het Actieplan Vaarrecreatie uitgevoerd, dat onder aansturing staat van het Programma naar een Rijke Waddenzee. Bij het Actieplan zijn ruim 30 partijen betrokken, waaronder Waddenprovincies, Rijksoverheid, natuurverenigingen, vaarrecreatie-organisaties en de Waddenzeehavens.Het onderzoek is uitgevoerd door MOCO (monitoringsconsortium). Stenden/ETFI, Altenburg & Wymenga, Sovon Vogelonderzoek Nederland, Rijksuniversiteit Groningen, en de Karekiet Landschap en Ecologie. Het landelijk Centre of Expertise Leisure Tourism and Hospitality is een belangrijke partner bij dit onderzoek. Het onderzoek is het tweede in een reeks van drie jaar. De uitkomsten gaan over het jaar 2017.

Vorig artikel Volgend artikel
Meld u aan voor de nieuwsbrief

Twitter