Op 9 oktober 2019 vond de tweede Toerismetop plaats, georganiseerd door het ministerie van EZK, de provincie Zeeland en NBTC Holland marketing. Tijdens de Toerismetop presenteerden EZK en de provincies een actieprogramma. Dit actieprogramma is een vervolg op Perspectief 2030, en werd in de visie al benoemd als één van de randvoorwaarden.
Gastvrij Nederland zegt in een reactie het een goed initiatief te vinden, dat het Rijk een actieprogramma opstelt. Wel dient dit actieprogramma rekening te houden met de belangen van het bedrijfsleven. Uit het statement van Gastvrij Nederland:
De sector brengt:
- Een aantrekkelijk aanbod. Nederland biedt veel verschillende belevenissen per vierkante kilometer en kent een gevarieerd landschap met grote cultuurhistorische waarde en iconen. De combinatie van verrassende natuur, cultuur, architectuur, gastronomie, vermaak en de uitgebreide vaar-, fiets- en wandelroutes maakt Nederland tot een unieke bestemming.
- Ondernemers die bereid zijn te innoveren en te investeren. De gastvrijheidseconomie zet in op onderscheidend aanbod en verrassende businessmodellen, om zo als concurrerende sector nog meer te kunnen bijdragen aan de BV Nederland. De sector gebruikt innovatie om steeds opnieuw meerwaarde te creëren voor de gast.
- Een bijdrage aan leefbaarheid en sociale samenhang. De gastvrijheidssector vormt dé ontmoetingsplek voor iedereen uit de samenleving en levert zo een belangrijke bijdrage aan welzijn, sociale verbinding, culturele waarden en samenhang. Recreatie en toerisme zorgen ervoor dat het voorzieningenniveau in minder bevolkte (buiten)gebieden op niveau blijft.
- Een bijdrage aan werkgelegenheid. De gastvrijheidssector is uitgegroeid tot een belangrijke sector voor Nederland. In 2018 gaven alle toeristen uit binnen- en buitenland bijna 90 miljard euro uit in bijvoorbeeld restaurants, hotels, pretparken en musea. Het toerisme is inmiddels goed voor bijna 800.000 banen. Juist de gastvrijheidssector creëert banen die ook voor kwetsbare groepen in de samenleving zoals lager geschoolden een opstapje zijn.
De sector wil:
- Een ondernemersvriendelijk (vestigings)klimaat, gefaciliteerd door overheden op alle niveaus (Rijk, provincie, gemeente). Op het gebied van regelgeving, lastendruk en belastingdruk in het algemeen maar ook specifiek rekening houdend met de kenmerken van de ondernemers in deze sector;
- Ruimte om te ondernemen. De sector maakt een belangrijk en wezenlijk deel uit van de fysieke leefomgeving, zowel in stedelijke gebieden als landelijke en natuurgebieden. Om te vernieuwen en innoveren hebben ondernemers fysieke ruimte nodig. Daarnaast is verbetering van bereikbaarheid nodig. Regionale toerismespreiding wordt mede bereikt door een toegankelijk en gebruikersvriendelijk openbaar vervoer voor buitenlandse toeristen.
Spreiding van het toerisme door het jaar vraagt om goede afstemming op lokaal niveau rondom onder meer vergunningen, voorzieningen en actieprogramma’s. - Regierol van en integrale benadering door de Rijksoverheid. Interdepartementaal en op provincie- of regio-overstijgende thema’s. Faciliterend tussen de diverse overheidslagen. De uitdaging voor de komende jaren is om de groei op een evenwichtige manier op te vangen. Een sterkere regie en coördinatie op het terrein van economie, infrastructuur en ruimtelijke ordening tussen verschillende ministeries en met de regionale overheden door de Rijksoverheid is noodzakelijk.
- Bestuurlijke aandacht voor toerisme in IPO verband. De provincies zijn belangrijk voor gastvrijheidsondernemers omdat zij verantwoordelijk zijn voor de ruimtelijke indeling van Nederland. De gastvrijheidsondernemers dragen bij aan het in stand houden van het voorzieningenniveau in stedelijke én in buitengebieden, zorgen voor werkgelegenheid en sociale binding. Dit verdient duidelijk portefeuillehouderschap bij gedeputeerden, afstemming en samenwerking tussen provincies op bestuurlijk en ambtelijk niveau om zo het toeristisch beleid over de provinciegrenzen heen te laten ontwikkelen.
- Prioriteit voor de ontwikkeling van kennis en data (voorrang geven aan de Landelijke Data Alliantie).
De Nederlandse toeristisch-recreatieve sector staat aan de vooravond van decennia van groei in bezoekersstromen, omzet, werkgelegenheid zowel in stedelijk als in landelijk gebied. Toeristen herkennen geen bestuurlijke grenzen. Dat is terecht. Om deze groei in goede banen te leiden en de positieve gevolgen te verzilveren is nationale en interregionale coördinatie één van de belangrijkste randvoorwaarden. De ondernemers in de sector gaan de komende tijd, kennis, kunde en inzet samen met partners in het vrijetijdsdomein bundelen aan de private kant.
Toerisme in de lift
Onlangs riep een meerderheid van de partijen in de Tweede Kamer het Rijk ook op om de regie te pakken als het gaat om de groeiende stroom toeristen die naar Nederland komt. Want, zo tekende de NOS op, op steeds meer plekken ontstaat overlast door een overschot aan toeristen, terwijl andere plekken in Nederland juist willen meeliften op de verwachte verdere groei van het aantal toeristen.
Lonely Planet
De populaire reisgids Lonely Planet tipt Nederland ondertussen voor 2020 als een van de beste bestemmingen. Ons land staat op de zevende plaats van de top 10 voor 2020. Met name de maanden april en met, met Koningsdag, Bevrijdingsdag (75 jaar na bevrijding) en het Eurovisie Songfestival worden genoemd. De gids noemt als beste plaatsen om te bezoeken Amsterdam, Rotterdam en de Waddeneilanden voor wie ‘aan de drukte wil ontsnappen’. In 2016 tipte de Lonely Planet het eiland Texel ook al als ‘Best in Europe’.
Foto: Angelo Abear via Unsplash
Vorig artikel Volgend artikel