Vijf vragen aan Hans Mommaas – ‘Water wordt steeds belangrijker voor de kwaliteit van onze leefomgeving’

http://hans-mommaas-pbl-vijf-vragen-aan-waterrecreatie
22 december 2021  Laatste update: 20 maart 2023

Hans Mommaas (1955) is sinds 2015 directeur van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). Naast zijn functie als directeur PBL is hij parttime Hoogleraar Regional Sustainability Governance aan Tilburg University.

1) Wat is je persoonlijke band met waterrecreatie?

“Een lastige vraag, want dat hangt er helemaal vanaf hoe smal of breed je waterrecreatie ziet. Zelf heb ik eigenlijk als zodanig niet zoveel met water, als ‘nat spul’ om in te zwemmen bijvoorbeeld,” antwoordt Mommaas. “En ik heb eigenlijk ook weinig met bootjes. Maar ik heb wel ontzettend veel met water in brede zin. Water fascineert me, zowel op de kleine schaal, het beleefbare water, als op de grote schaal, het meer systemische water zoals riviersystemen en delta’s. Maar om bij de kleine schaal te blijven: ik heb me altijd vooral aangetrokken gevoeld tot de waterkant. Daar waar water en land elkaar ontmoeten, dat vind ik fascinerende omgevingen. Het landschap, de natuur, de openheid en weidsheid. Het zijn vaak plekken waar mensen willen verpozen door op een terras te zitten, of waar ze gaan bewegen. Overal waar ik heb gewoond, zoek ik ook altijd de waterkant op. Momenteel woon ik deels in Utrecht aan het Merwedekanaal. Het is leuk om te zien hoeveel activiteit dat trekt, zowel op als aan het water. Fietsers, roeiers, skaters, joggers, wandelaars, noem het maar op. En dat heeft in zijn openheid ook enorme aantrekkelijkheid. Voor de zomervakantie staat jaarlijks een fietstocht van Maastricht naar Groningen op de planning en die gaat vrijwel helemaal langs het water”.

“Als Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) kijken we meer naar het ‘bredere water’”, vervolgt Mommaas, “Wij doen veel onderzoek naar de grotere riviersystemen en deltasystemen, en hoe die systemen functioneren. Dat onderzoek doen we onder meer in het kader van de klimaatadaptatie: hoe gaan die riviersystemen veranderen? Er komt namelijk veel op die riviersystemen af, klimaatadaptatie, maar denk ook aan duurzame energie in de vorm van hydrocentrales die weer consequenties voor de visstand hebben. Daarnaast veranderen de rivieren zelf ook onder invloed van klimaatadaptatie. De rivieren moeten steeds meer water herbergen en korte pieken verwerken, kijk ook maar naar het programma ‘Ruimte voor de Rivier’. Daarbij is het ook interessant om te kijken naar die rivieren in verhouding tot hun omgeving. Ik zeg altijd: de Rijn heeft niet alleen een blauw karakter, er is ook een ‘groene Rijn’ en een ‘grijze Rijn’. Langs die Rijn is natuurlijk een fantastisch natuurgebied ontstaan, de ‘groene Rijn’. Maar er zijn ook allemaal logistieke stromen, die lopen van de haven van Rotterdam naar het Roergebied, over de Rijn. Dus riviergebieden organiseren ook aanpalende infrastructuur, zoals ook spoorwegen en autowegen en tegelijkertijd industriële infrastructuur. En in die zin zijn riviersystemen ook een samenkomst van allerlei opgaves die te maken hebben met verduurzaming.

2) Wat zie je als belangrijke ontwikkelingen op het gebied van waterrecreatie?

Mommaas: “Wij hebben daar geen actueel onderzoek naar gedaan, maar mij lijkt het dat de wereld van de waterrecreatie de afgelopen tijd heeft meegemaakt wat de bredere wereld van de recreatie en natuur heeft meegemaakt, namelijk meer drukte. Mensen zoeken buiten steeds meer activiteit op. Juist in tijden van corona zijn we ons bewust geworden van het belang van de kwaliteit van de leefomgeving. We zijn steeds meer de natuur, en dus ook water gaan opzoeken. En dat is natuurlijk onderdeel van een bredere trend, namelijk die van de vergrijzing in Nederland. Steeds meer mensen gaan met pensioen. Die zijn heel actief en hebben een zee van vrije tijd. En die zoeken ook het buitengebied op, om daar te recreëren. Dan komt het erop aan om die druk in goede banen te leiden. Op een zodanige manier dat die waterrecreatiesector ook zijn ‘license to operate’  behoudt. En ook zo dat waterrecreatie wordt gezien als iets dat bijdraagt aan de kwaliteit van de leefomgeving, en niet andersom.

3) Wat zijn belangrijke ontwikkelingen in jouw vakgebied/werkveld?

“Dan raak je aan het studiedomein van het Planbureau van de Leefomgeving,” vervolgt Mommaas. “Ik noemde al klimaatadaptatie en dat raakt ook aan waterveiligheid; we moeten ons beschermen tegen stijgende zeespiegels, we moeten ons beter beschermen tegen fluctuaties in de waterafvoer van de rivieren. Maar het heeft ook te maken met waterberging, want er zijn ook periodes van droogte. De oude teneur van het water zo snel mogelijk afvoeren, daar moeten we vandaag de dag wat genuanceerder mee omgaan want we moeten water ook vasthouden. We laten daarom allerlei beken weer meanderen en we laten weer vennen en poelen ontstaan zodat ook de bodem nat genoeg blijft en de natuur zijn robuustheid behoudt.”

“En dan is er nog het ‘oude thema’ waterkwaliteit,” zegt Mommaas: ”Dat blijft een belangrijk thema. De waterkwaliteit is wel vooruitgegaan, maar in recente studies laten wij als PBL zien dat de normen en doelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) nog niet gehaald worden. Daar ligt in de sfeer van de waterkwaliteit ook nog een opgave, dat raakt aan fosfor, aan nutriënten, aan medicijnresten, dus aan huishoudens, industrie en landbouw. We blijven moeten werken aan water! Water wordt naar de toekomst toe steeds belangrijker voor de kwaliteit van onze leefomgeving.”

Gevraagd naar ontwikkelingen in de ruimtelijke aspecten van wonen en werken die PBL ziet antwoordt Mommaas: “We hebben natuurlijk te maken met de coronacrisis. In september hebben we een publicatie uitgebracht over thuiswerken en welke invloed dat kan hebben op woon-werkverkeer. Daarbij kun je verwachten dat de woonwens van mensen wat losser komt te staan van de werkplek, omdat er steeds meer vanuit huis gewerkt kan worden. De volgende vraag is dan, wat is de invloed daarvan op de filevorming en de filedruk? Gaat dat ook afnemen? Dat kunnen we nu nog niet zeggen, want we weten niet hoe structureel de ontwikkelingen zijn. Maar we zien al wel dat als er maar een kleine verschuiving plaatsvindt in het woon-werkverkeer, de filedruk al behoorlijk afneemt. Dus deze ontwikkeling in het thuiswerken zou een ‘wake-up-call’  kunnen zijn voor allerlei partijen om met elkaar te proberen die woon-werk-relatie wat te flexibiliseren, zodat de filedruk wat kan afnemen. Die kans hebben we nu, want we hebben geleerd om beter te werken met digitale tools.”

4) De ambities van Waterrecreatie Nederland zijn gebaseerd op de speerpunten ‘Duurzaamheid’, ‘Routenetwerken en voorzieningen’ en ‘Veiligheid’ met als overkoepelend thema ‘Waterbeleving’. Waar zie je raakvlakken/kansen met jouw vakgebied?

Mommaas: “Duurzaamheid is natuurlijk een paraplubegrip, waar veel onder valt. In de kern gaat het toch om de kernbetekenis: toekomstbestendig, naar mijn idee. Je moet het landschap zo achterlaten dat de volgende generatie er op dezelfde manier plezier van kan hebben. En dat raakt dus ook aan watersystemen. Een tijd lang hebben we het water en de natuur gewoon benut, voor onze eigen korte termijn en welvaart. We weten nu dat dát niet meer kan. Onze omgang met de natuur moet duurzamer worden, letterlijk toekomstbestendig. Dat betekent ook voor waterrecreatie dat je moet nagaan of je de watersystemen zo duurzaam benut en of je ook bijdraagt aan de lange-termijn-kwaliteit van die watersystemen. Dat gaat dan over de elektrificering van de waterrecreatie en de verduurzaming van de walstroom. Het gaat van het hele kleine tot het hele grote bijdragen leveren aan waterbewustzijn.”

Als het gaat om veiligheid zegt Mommaas: “Je moet daarvoor zorgen, dat het veilig is op en langs het water. Maar veiligheid gaat ook over waterkwaliteit. Ervoor zorgen dat je het water zo achterlaat, als je het aantreft, of misschien zelfs nog beter. Daarbij kun je vanuit de waterrecreatiesector ook eens kijken hoe je omgaat met de belendende percelen, en of je die niet eens moet aanspreken op de waterkwaliteit. Of bijvoorbeeld de industrie, zoals we met de PFAS-problemen hebben gezien. Maar dat vraagt echt om een ketenbenadering, het gaat erom dat je het water als een samenhangend ecosysteem ziet en dat je alle partijen die verantwoordelijk zijn voor het beheer van het water en het land eromheen, samenbrengt in een soort van gebiedsontwikkeling. En met elkaar praat over hoe je kunt verduurzamen. Aan opgaven geen gebrek! Al die uitdagingen die er liggen geven kansen aan de waterrecreatiesector, als de waterrecreatiesector daarin tenminste goed kan meeschakelen”.

5) Welke kansen moeten er naar jouw idee als eerste worden opgepakt en met wie/welke partijen moet daarvoor worden samengewerkt?

“Water is een issue, we zullen steeds meer met water rekening moeten gaan houden. We weten hoe water landschappen kan structureren. Hele streken zijn naar het water vernoemd, denk aan het Geuldal, de Waddeneilanden, noem maar op. Water is een enorme identiteitsdrager, het doet altijd een appèl aan de kwaliteit van de leefomgeving. En dat gaat water ook in stedelijke omgevingen doen. We moeten hitteschilden voorkomen, dus water gaat verkoeling brengen. We zijn overal bezig het water weer opnieuw te ontdekken, denk aan de Catharijnesingel in Utrecht. Die is weer opengemaakt omdat we begrijpen hoe belangrijk water is en daarmee de openbare ruimte van het water in de stad. En ik zie in dit geval de waterrecreatiesector wel als een soort van potentiële ambassadeur van die verduurzaming. Juist omdat de waterrecreatiesector water als zodanig en de beleving daarvan door consumenten bij elkaar brengt en verbindt. Water als fysieke substantie aan de ene kant en de beleving aan de andere kant, die worden door de waterrecreatiesector bij elkaar gebracht. De waterrecreatiesector heeft naar mijn idee een enorme tool in handen om ons nog bewuster te maken van ons water. En om begrip te creëren voor hoe water functioneert, hoe waternetwerken in elkaar zitten, het belang van waterkwaliteit en voor de relatie tussen water, landschap en natuur.”

“We zijn nu bezig met ruimtelijke verkenningen 2022, daarin willen we een aantal grote scenario’s ontwikkelen voor de toekomst van Nederland, gebaseerd op de verschillende transitie-opgaves die er liggen. Bijvoorbeeld: stel dat je al die duurzame energie op land gaat plaatsen, wat voor landschap krijg je dan? Stel dat je maximaal ruimte geeft aan rivieren, wat voor landschap krijg je dan? Zo zijn we ruimtelijke scenario’s aan het maken. Wij hebben afgelopen jaar een advies uitgegeven, ‘Grote opgave in een beperkte ruimte’. Daarin hebben we gezegd dat water en bodem meer sturend moeten gaan worden voor de ruimtelijke ordening. Dat kun je heel technisch opschrijven, maar iedereen weet ook waar het over gaat. Waterrecreatie verbindt in feite dat technische systeem met beleving en heeft dus ook belang bij de kwaliteit van die beleving. En daarmee ook met de duurzame kwaliteit van de fysieke onderlaag, het water.”

De vraag is hoe er bruggen geslagen kunnen worden tussen de betrokken partijen en de waterrecreatiesector, om dit te bewerkstelligen. Mommaas gelooft in een betere samenwerking: “Deze uitdaging zien we bij alle transitiethema’s. Energietransitie, klimaatadaptatie, een betere balans tussen landbouw en natuur. Al die transities impliceren toch dat mensen een beetje uit hun eigen silo moeten komen en verbindingen moeten aangaan met elkaar. En dat geldt dus ook in de watersector. Die is behoorlijk versnipperd, maar het mooie van water is nu juist dat het ook verbindt! Het geeft als het ware vanuit zijn eigen dynamiek de agenda’s aan van partijen die met elkaar moeten gaan samenwerken om die watersystemen duurzaam te maken. De waterrecreatiesector heeft baat bij die netwerken. Niet alleen op het water, maar ook bij de scheiding van water en land; mooie oevers zijn ook goed voor waterrecreatie. Waterrecreatie vindt niet alleen óp het water plaats, maar juist ook daaromheen. Het is zaak om letterlijk het ‘landschap’ te verbinden met het ‘waterschap’ en de activiteiten met elkaar te vervlechten. Het blijven verbinden van alle partijen en samenhangende gebiedsgerichte agenda’s, dat lijkt me een mooie, schone taak voor de waterrecreatiesector.”

Lees alle interviews in de reeks ‘Vijf vragen aan’ 

Vorig artikel Volgend artikel